Het schoudervlees wordt versneden tot ragout. Omdat de schouderspier veel gebruikt wordt, is het vlees wat steviger, maar daardoor ook smaakvoller. Dit maakt het schoudervlees ideaal om te stoven, zodat het uiteindelijk heerlijk mals wordt. Het ree is een echte fijnproever, wat duidelijk terugkomt in de subtiele smaak van het vlees. Deze is milder dan die van edelhert en everzwijn. Het ree voedt zich met bladeren, twijgen, en scheuten van struiken en bomen, maar ook met vruchten zoals bramen en bessen, kruiden, eikels, beukennootjes, grassen, en landbouwgewassen zoals bieten, granen en bladgroenten.